donderdag 15 maart 2012

Een Franse houwdegen op de Zeister heide





Wie wel eens een uitstapje heeft gemaakt naar de Pyramide van Austerlitz, heeft wellicht het naambordje 'Marmontweg' opgemerkt. Het laantje is genoemd naar de Franse veldmaarschalk Auguste Frédéric Louis Viesse de Marmont. Deze vechtjas (hij leefde van 1774 tot 1852) heeft in 1804 met een compleet leger gebivakkeerd op de hei bij Zeist, als afweer tegen een mogelijke invasie van de Britten en hun bondgenoten op de Hollandse kust.




In het zogenaamde 'Camp d'Utrecht' kneep hij zijn manschappen stevig af en over het resultaat was hij zo tevreden dat hij besloot als gedenkteken een piramide met obelisk op te richten; waarbij het natuurlijk zijzelf waren die een natte rug moesten halen.




Marmont heeft uitvoerige memoires nagelaten. Ze zijn, negen kloeke delen, vanaf 1857 verschenen bij de Parijse uitgever Perrotin. Onder geschiedkundigen genieten ze een zekere faam, omdat ze tal van bijzonderheden uit de eerste hand over de veldtochten van Napoleon verstrekken.







Marmont leerde Napoleon kennen in het najaar van 1793, tijdens het beleg van het koningsgezinde Toulon door revolutionaire strijdkrachten. De twee raakten bevriend, met dien verstande dat Marmont de 'kleine Corsicaan met het sluike haar' zowaar ging verafgoden (later kwam lelijk de klad in de verhouding.)







Het viel Marmont terstond op dat Napoleon mensen gemakkelijk in zijn ban sloeg. Dat verbaasde hem trouwens niet bijzonder. Napoleon was immers, net als hijzelf, artillerist en volgens Marmont vormden artilleristen het neusje van de zalm; je kwam de artillerie-academie slechts binnen via een toelatingsexamen (zo'n berucht Frans 'concours') en de opleiding stond op hoog peil, zo was één van de leraren Pierre-Simon Laplace, een der zeer grote namen uit de geschiedenis van de wiskunde en de astronomie. Geen wonder dat artilleristen neerkeken op de cavallerie en de infanterie van de linie. Napoleon nu was volgens Marmont een uitstekend vakman. Bovendien kon hij bogen op verbluffende mensenkennis. Dat moest volgens Marmont ook wel, want 'half-barbaarse volkeren als Corsicanen en Albanezen' waren voortdurend verwikkeld in een stammenstrijd op leven en dood en als je dan niet meteen aanvoelde wat voor vlees je in de kuip had, was je ras voor de poes.




Dat lijkt nogal op psychologie van de koude grond. Marmont is bovendien een matig stilist; die zich niet schaamt voor stuntelige zinnen als: 'La gauche...'s'étant emparée de la montagne du Pharon, qui domine le fort près le fort qui porte le même nom et le fort Rouge.' Toch lees ik zijn gedenkschriften met belangstelling. (Ze kunnen geheel gratis en legaal worden nedergeladen van het internet.)



In de kantlijn: aan het begin van zijn memoires schrijft Marmont dat zijn familie afkomstig was uit Nederland. Zijn naam, Viesse dus, moet wel een verbastering ​zijn. Misschien van Wisse? Dat vertelt hij er helaas niet bij.

Geen opmerkingen: