vrijdag 5 oktober 2007

Nabrander over Nee-hee-derland

SuurhoffDe veelgelezen en puntige Bespiegelaar (klik) bewijst mij de vriendelijkheid regelmatig mijn logboekjes te lezen en er (zeer gewaardeerd) commentaar op te leveren. In zijn laatste reactie (klikklak) vraagt hij waar ik 'de zelf verzonnen verhalen' vandaan haal.

Opdat in de geschiedschrijving van het Koninkrijk der Nederlanden geen fout sluipe, houd ik even vast dat het allemaal historisch is: de vorstin en de chocolademelk, de vorstin en haar duim, kardinaal Simonis en zijn Roemeens zwijntje, de beoogde kabinetsformateur en zijn fiets, ja, zelfs zijn richting aangeven. All is true, om het te zeggen met de veelgelezen en puntige Shakespeare.

Mij is nog een nabrander over de polderieke nivellering te binnen geschoten. Je mag in ons land overal staan: in de rooms-katholieke, oud-katholieke, vrij-katholieke, hervormde, gereformeerde, christelijk-gereformeerde, liberale, rode, christen-democratische, figuratieve, kubistische, seriële, twaalftoonse en nog enkele honderden andere tradities, op twee dingen echter mag je niet staan: op de tenen van Jan Marijnissen, alias de Grote Stuurman Mao Zedong van Oss, en op je strepen.

In het tweede en derde kabinet van Drees (respectievelijk 1952-1956 en 1956-1958) was Ko Suurhoff (foto) minister van Sociale Zaken. Hij had zich omhoog gewerkt via de socialistische vakbeweging, was bijvoorbeeld drie jaar vice-voorzitter van het Nederland Verbond van Vakverenigingen geweest. Op zekere dag kon hij met zijn auto zijn departement niet bereiken, omdat twee vrachtwagenchauffeurs aan het lossen waren. Suurhoff verzocht hun het veld te ruimen. En wat krijg je in Nederland bij zoiets dan te horen? 'Doe effe kalm an, vader! We zijn zo klaar, hoor. Wij werken ook voor ons brood. Maak je niet dik, dun is de mode.' Suurhoff werd danig boos en riep uit: 'Weten jullie wel wie ik ben? Ik ben de minister van Sociale Zaken. Ik ben Suurhoff!' Waarop één van de chauffeurs terugketste: 'Al was je Suurkool.' Witheet belde Suurhoff de werkgever van de twee op en eiste dat zij voorbeeldig zouden worden gestraft voor de belediging hem, bewindsman, aangedaan. De werkgever, kennelijk een kerel met slappe knieën, ontsloeg de chauffeurs op staande voet. Maar zij liepen met hun verhaal naar De Telegraaf, die natuurlijk niet naliet er een smeuïg artikel aan te wijden. Half Nederland viel over de minister heen, met commentaren als: wanneer niet komt tot iet, kent iet zich zelve niet.

Afloop van het incident: de twee kregen hun baan terug en Suurhoff was op zijn nummer in het polderlandschap gezet.

Geen opmerkingen: