Der Rosenkavalier ging op 26 januari 1911 in première in het Königliches Opernhaus te Dresden. De belangrijkste solisten droegen namen die nu alleen muziekhistorici nog iets zullen zeggen, maar destijds eerste garnituur waren. Ook het Driemanschap -- dirigent, regisseur en decorbouwer -- waren van de bovenste plank, respectievelijk: Ernst von Schuch, Max Reinhardt en Alfred Roller.
De première was een daverend succes. Wekenlang reden speciale treinen uit de grote steden, zelfs vanuit Praag, naar Dresden. En weldra veroverde de opera de planken van andere steden in Duitsland en het buitenland, Wenen en Milaan om te beginnen.
Vóór Der Rosenkavalier had Strauss al naam gemaakt met twee andere opera's: Salome en Elektra. Maar die naam was in een van de zangwalhalla's, Wenen, niet onverdeeld vleiend. Een luidruchtige factie voerde een hetze tegen de componist met leuzen als: 'Raus mit Strauss aus dem Haus (dat sloeg op de Hofoper, de voorloper van de Staatsoper) en: 'Indien Richard, dan Wagner; indien Strauss, dan Johann.' Maar Der Rosenkavalier heeft het pleit te zijnen gunste beslecht.
De illustratie toont een schilderij uit 1912 van Robert Hermann Sterl: Ernst von Schuch dirigeert Der Rosenkavalier. Het hangt in de Alte Nationalgalerie te Berlijn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten